Terug
Gepubliceerd op 23/12/2021

Besluit  College van burgemeester en schepenen

ma 20/12/2021 - 15:30

Algemeen gemeentelijk retributiereglement 2022 - vaststelling

Aanleiding en voorgeschiedenis

De gemeenteraad heeft op 16 december 2019 machtiging verleend aan het college van burgemeester en schepenen om retributies en de voorwaarden ervan vast te stellen. 

Naast de retributies die door het college vastgesteld worden, blijven er nog 2 afzonderlijke retributiereglementen over:

- de retributieverordening op het parkeren in blauwe zone van 28 september 2015 en

- het gemeentelijk retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein van 16 december 2019.

De overige retributies zijn gebundeld in een algemeen gemeentelijk retributiereglement, laatst vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen op 26 april 2021, met ingang vanaf 1 mei 2021. Door enkele wijzgingen is een nieuwe vaststelling van het algemeen retributieregelement noodzakelijk.

De wijzigingen zijn een gevolg van:

- Aanpassing van tarieven vanuit Mirom

- Optrekken prijs per m² voor verharding , van 60 €/m² naar 90 €/m², na vergelijking van de kostprijs uit recente projecten. (verduidelijking in bijlage 20211021_DO_BerekeningWaarborgenVerkavelingen.pdf)

Feiten, context en argumentatie

Het reglement vestigt een retributie op volgende prestaties:

  • Algemene, dienstoverschrijdende prestaties, waaronder fotokopieën, verzendkosten, prestaties voor derden, gebruik van signalisatieborden door particulieren en de opslag van goederen.
  • Prestaties voor publieks- en burgerzaken, waaronder concessies voor begraafplaatsen, ontgravingen, identiteitskaarten, vreemdelingenkaarten, internationale reispassen, rijbewijzen en huwelijken.
  • Prestaties voor milieu en klimaat, waaronder afvalzakken, composteren, recyclagepark, een badge voor het oppompen van water uit gemeentelijke waterbuffers, het weghalen en verwijderen van afvalstoffen, gestort of achtergelaten op daartoe niet voorziene plaatsen en de opvang van verloren, loslopende of verwaarloosde dieren.
  • Prestaties voor omgevingsvergunningen.
  • Prestaties voor wonen, waaronder conformiteitsattesten.
  • Prestaties voor ondernemen, waaronder de organisatie voor de wekelijkse markten, ambulante handel buiten marktdagen en verkooppunten in een niet vergund gebouw die geen deel uitmaken van het marktgebeuren.
  • Prestaties inzake vrijetijdsbeleving, waaronder de organisatie van kermisactiviteiten, circussen en dergelijke op openbare kermissen, de werking van de bibliotheek, het gebruik van socio-culturele infrastructuur en het uitlenen van feestmateriaal.
  • Prestaties voor de activiteiten van de jeugdwerking.

De retributie is telkens verschuldigd door de gebruiker van de dienst. De inning gebeurt contant of via factuur, en dit in functie van de praktische mogelijkheden.

Bevoegdheid en juridische grond

- de grondwet, artikel 170, §4, eerste lid

- het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 41, tweede lid, 14°

- de omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit

- de gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2019 omtrent de machtiging aan het college voor het vaststellen van retributies en de voorwaarden ervan.

- de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 april 2021 over de vaststelling van het algemeen gemeentelijk retributiereglement.

Financiële gevolgen

De ontvangsten uit retributies zijn opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025.

Bijlagen

- 20210426_DO_algemeen_gemeentelijk_retributiereglement (op te heffen vanaf 01/01/2022)

- 20211220_DO_algemeen_gemeentelijk_retributiereglement (nieuw vanaf 01/01/2022)

- 20211021_DO_BerekeningWaarborgenVerkavelingen

Besluit

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen stelt het algemeen gemeentelijk retributiereglement vast. Het nieuwe algemeen gemeentelijk retributiereglement is toepasbaar vanaf 1 januari 2022. De bijlage "algemeen gemeentelijk retributiereglement 2022" maakt integraal deel uit van deze beslissing. 

Artikel 2

Bij niet-betaling kan het college van burgemeester en schepenen de dienst waarvoor de retributie werd geheven opschorten.

Artikel 3

Bij niet-betaling van betwiste retributies dient de invordering te gebeuren via de burgerlijke rechtspleging.

Artikel 4

Dit reglement vervangt het algemeen retributiereglement van 26 april 2021 en heft het op vanaf 1 januari 2022.